zaterdag 28 februari 2015

Stress-test

Gisteren hield Arnon Grunberg bij College Tour een pleidooi voor ironie. 'Ironie maakt dialoog mogelijk', aldus de schrijver. 'En je moet als schrijver kunnen prikkelen.'

  Het mooie van ironie is ook dat het een soort intellectuele stress-test is: wanneer iets bestand is tegen goede ironie, heeft het waarschijnlijk werkelijk waarde. Onlangs kwam ik onderstaande John Lennon parodie tegen: een persiflage die gemaakt is kort nadat Lennon uit de Beatles stapte en als een wildeman om zich heen sloeg.
  De tekst bestaat volledig uit letterlijke citaten van Lennon. Hoewel het bijzonder grappig is, had ik na beluisteren vooral de wens om weer eens Plastic Ono Band van Lennon te draaien. Een beter bewijs van de waarde van deze plaat is er waarschijnlijk niet.

vrijdag 13 februari 2015

Afstand

Foto: RGB Free, by mzacha
Soms zit ik met een goed glas wijn en een bescheiden blokje kaas voor het knetterende haardvuur en dan stel ik mezelf op welluidende toon de volgende vraag: 'Is een schrijver iemand die de wereld via zijn scherm op een afstand houdt, of is een schrijver iemand die dankzij de taal juist dieper in de wereld en zichzelf doordringt?'
  Enkele dagen geleden overleed de moeder van Arnon Grunberg, een gebeurtenis die de meeste Grunberg-lezers al een tijdje aan zagen komen. In zijn voetnoot hierover schreef Grunberg onder meer:

Ik vond dat het werk verder moest gaan en wel meteen. Staand naast haar langzaam kouder wordende lichaam begon ik in gedachten dit stukje te schrijven.

Deze passage pleit voor het idee van schrijven als schild: door alle (emotionele) gebeurtenissen onmiddellijk te verwerken tot materiaal, ontspringt de schrijver persoonlijk de dans. Hij doet niet aan het leven mee, hij is een matig geïnteresseerde toeschouwer van het leven en zelfs van de meest persoonlijke gebeurtenissen doet hij verslag alsof hij een bioloog is die het gedrag van een stekelbaarsje beschrijft. Maar ik moest ook aan een motto denken dat Grunberg in één van zijn boeken zette:

Ich habe mich selbst nie beschrieben. Ich habe mich nur verraten.

Dit lijkt me bij uitstek voor schrijvers te gelden. Laten we nooit geloven hoe een schrijver zichzelf beschrijft: dat zijn niets dan leugens. Maar zodra een schrijver begint te schrijven, begint hij zichzelf wel te verraden.
  De moeder van Arnon Grunberg duikt op in elke zin van zijn werk: het computerscherm lijkt dan ook een behoorlijk belabberd schild te zijn. Als hij de wereld op een afstand had willen houden was een scalpel, een spreadsheet of een waterpomptang waarschijnlijk een stuk effectiever geweest.

woensdag 11 februari 2015

Barbertje


Foto: RGB free, by melodi2
Ik heb niet veel medelijden met Dominique Strauss-Kahn, het lijkt me een behoorlijke lul die voornamelijk zichzelf in de nesten heeft gewerkt. Toch lijkt zijn grootste probleem te zijn dat hij zich niet realiseert dat we in de eenentwintigste eeuw leven.
  In de eenentwintigste eeuw kan je academische carriere gesloopt worden wanneer je iets te lang naar de borsten van een studente kijkt en is een hand op de rug van een vrouwelijke collega genoeg reden voor ontslag.
  
  DSK had seks met prostituees, wat in Frankrijk niet verboden is. De aanklacht van souteneurschap is twijfelachtig en lijkt gezocht. 
  De openbare aanklager zag er geen heil in en adviseerde de zaak te laten vallen. De rechters (waarvan twee van de drie vrouwen) besloten toch door te zetten.

DSK moet hangen vanwege seks met prostituees. DSK moet hangen vanwege arrogantie. DSK moet hangen vanwege moreel afkeurenswaardig gedrag. Maar in de allereerste plaats moet DSK hangen omdat hij een man is. En zelfs als hij uiteindelijk hangt, zelfs als hij ondersteboven aan zijn geslachtsdelen opgeknoopt is aan de vlaggenmast van de rechtbank, zelfs dan zullen de Furiën nauwelijks tevreden zijn en hongerig op zoek gaan naar de volgende klootzak die boeten moet.

vrijdag 6 februari 2015

Van de straat

Foto: RGB free, by sailinjohn
De dood van het voetbal zat deze week op de bank bij Eva Jinek. Er wordt aardig wat over die Jinek geschreven, maar één ding kunnen we in ieder geval vaststellen: verstand van voetbal heeft ze niet.
  Iemand die met droge ogen zaakwaarnemer Mino Raiola 'het genie achter Zlatan Ibrahimovic' noemt heeft nog nooit langer dan vijf minuten naar een voetbalwedstrijd gekeken.

  Als voetballers een genie zijn dan is dat voor vijfennegentig procent aan henzelf te danken. Als matige voetballers toch een leuke carriere hebben dan is dat voor veertig procent aan goede trainers te danken. En als getalenteerde voetballers een puinhoop van hun loopbaan hebben gemaakt dan is dat negen van de tien keer voor honderd procent aan Mino Raiola te danken.

  Er zat bij Jinkek een bloedzuiger van honderdvijftig kilo op die bank ontzettend voldaan voor zich uit te kijken. Wanneer in een bedrijfstak mannen als Raiola serieus genomen gaan worden en in talkshows gaan uitleggen hoe het wereldje werkt weet je één ding absoluut zeker: het omslagpunt in totale verrotting is bereikt.
  Mino Raiola kan zelf niet voetballen, hij kan voetballers niet beter leren voetballen, het enige wat hij ontzettend goed kan is miljoenen euro's uit het voetbal wegzuigen. En dan ook nog het lef hebben om bij Jinek over je 'stal' te spreken, alsof die Italiaanse pizza-bakker Zlatan, Balotelli en Pogba in zijn achtertuin tegen een bal heeft leren trappen.
  Onrust zaaien, stoken, spelers en clubs tegen elkaar opzetten en dat verkopen als 'begeleiding' voor je 'kwetsbare' jongens die een 'vaderhand' nodig hebben. Als hij er niet zoveel geld mee verdiende zou je bijna bewondering voor de schaamteloosheid kunnen hebben.

  De nieuwste speler van Raiola die een 'vaderhand' nodig heeft (zo snel mogelijk verkocht moet worden zodat Raiola weer een paar ton kan bijschrijven) is Ricardo Kishna.
  Met de Kishna's van deze wereld is ook iets vreemds aan de hand. Ik hoor maar steeds mensen zeggen dat dat een 'jongen van de straat' is. En jongens van de straat krijgen graag uitgebreid uitleg waarom ze niet worden opgesteld. Ook worden jongens van straat graag met respect behandeld en moet je niet op hun teentjes trappen.
  Want daar kunnen jongens van de straat niet tegen.
 
  Het is een vreemde omkering van waarden die al een tijdje aan de gang is: van de straat zijn is de nieuwe adel. Vroeger moest je oppassen dat je de hoge heertjes van de betere klassen niet op de gevoelige teentjes trapte. Van de straat betekende juist: weten dat je nooit wat cadeau krijgt, altijd moeten vechten voor je plaatsje en weten dat je alleen op jezelf kunt rekenen. Maar dat is blijkbaar old school van de straat zijn. Tegenwoordig betekent van de straat zijn dat je een soort ghetto-prinsje bent die verwacht dat iedereen voor je in de houding springt en je met zijden handschoentjes aanpakt.
  Wat natuurlijk ook niet helpt is dat sommige mensen om de ghetto-prinsjes heen hangen en dat gedrag stimuleren. Ik wil geen namen noemen, maar ik denk daarbij aan iemand die naar eigen zeggen voor jong Oranje voetbalde (hoewel niemand daar enig bewijs voor kan vinden) en het genie achter Zlatan Ibrahimovic is.