donderdag 28 februari 2013

Brabo

Foto: flickr, by DavidB123
Hoewel ik geen geboren en getogen Brabander ben, voelde ik me toch genoeg aangesproken door een oproep in het blad 'Brabeau' om het meest Brabantse verhaal te schrijven. Hoe Brabants kan je het maken, dacht ik, en ik begon te schrijven over de Loonse en Drunense duinen, Den Bosch, Bossche Bollen, de Sint-Jan, Napoleon Bonaparte en de Dommel. Het resultaat is te lezen in de editie die nu in tijdschriftenwinkels en supermarkten in Brabant en vér daarbuiten ligt. Een teaser:

Het lijkt te gaan eindigen waar het is begonnen, tussen de kanonnen van bastion Vught. Roerloos staat ze op het gras, met de armen over elkaar en met de rug naar de polder toe. Naast haar de kanonnen, als trouwe wachters turen ze over de stadswal. Haar fiets staat tegen de bast van een grote wilg, aan haar stuur bungelt een plastic tasje.

  'Aparte plek om af te spreken', zeg ik. 'Ben je bang dat we worden aangevallen?'
  'Hier hebben we elkaar voor het eerst gekust', zegt ze, alsof ik dat vergeten ben.
   Dan zwijgt ze, de stilte tussen ons in wordt opgevuld door krekels en kikkers. Ik denk aan de Loonse en Drunense duinen, aan wervelend zand en cappuccino.


Als dit niet Brabants aanvoelt, weet ik het ook niet meer. Wie wil weten hoe dit zwoele Brabantse zomeravondverhaal zich verder ontrolt, haast zich naar een Brabants winkeltje of deze Brabantse webshop.

maandag 25 februari 2013

Aanfluiting

Foto: flickr, by heraldpost
Nou zie ik de vaderlandse voetbalcompetitie al jarenlang afzakken, maar afgelopen zondag was toch wel een dieptepunt. En dan heb ik het niet over Marcelo die over het voetbalveld loopt als een reiger die op een drassig veldje naar kikkers loopt te turen, maar over dat vechtpartijtje na afloop.
  Wat een aanfluiting. Een stel bosmarmotten die tegen elkaar staan te piepen om een laatste eikeltje. Kinderen op een speelplaats die aan elkaars rode en blauwe jackies trekken. Waar was bijvoorbeeld Strootman? Altijd maar dat verongelijkte hoofd en dan kan je een keer een beuk uitdelen, heeft hij net zijn hoofdje met shampoo ingezeept.

Het enige dat ontbrak was een vrouw. Een moeder met een boodschappentas die haar spruitjes even op de stenen zet om ze met een grote zwaai uit elkaar te halen.
  'En nou is het afgelopen. Naar huis. En je best doen op je huiswerk. Morgen wil ik minstens drie ballen naar dezelfde kleur zien.'
  Het moest er een keer van komen en ik vrees dat het nu zover is. De trainer van de toekomst is een pedagogisch onderlegde vrouw met een specialisatie op het vlak van moeilijk opvoedbare kinderen.

donderdag 21 februari 2013

Sociale vaardigheden

Foto: flickr, by Roel Wijnants
Toen ik vanochtend in de trein de Volkskrant las, brak het zweet me al uit voordat ik goed en wel Den Bosch uit was. Nee, met Syrië had het niets te maken, voor een existentiële crisis moet je wat egoïstisch zijn ingesteld. Op pagina 10 stonden enkele vragen afgedrukt van het inburgeringsexamen dat migranten af moeten leggen als ze in Nederland willen wonen. Meteen bij de eerste vraag ging het al mis:

De directeur komt de koffiekamer binnen. Zara heeft de directeur nog niet eerder ontmoet. Wat kan Zara het beste doen?

a) De directeur een hand geven en haar naam noemen
b) Doorgaan met werken en naar de directeur zwaaien
c) Wachten tot de directeur zelf iets zegt


Verlamd staarde ik naar de drie opties: wat moest Zara doen? Ik zag haar zitten, in een treurige koffiekamer, achter zo'n aluminium tafeltje met een plastic bekertje smerige Hollandse koffie en een dode plant in de hoek. Aanvankelijk neigde ik naar a): lekker assertief, echt Hollands jezelf profileren en laten zien dat je er bent.
  Maar wat als die directeur daar helemaal niet op zit te wachten, wat als hij druk in gesprek is? Misschien dat a) wel wat aanmatigend is, dus switchte ik opgelucht naar c). Tot er tot me doordrong dat de directeur misschien wel zwaar beledigd is als Zara hem in die koffiekamer gaat zitten negeren, wie denkt ze wel dat ze is? Ik vluchtte naar b), een tussenweg: werken en zwaaien.
  Maar wie zit er in vredesnaam te werken in een koffiekamer? Een strikvraag! In steeds grotere wanhoop schoot ik van antwoord naar antwoord. Verdwaasd kwam ik een uur later op kantoor. De directeur zat achter zijn computer te werken, ik rende op hem af om hem een hand te geven. Hierna heb ik naar iedereen gezwaaid en ben ik in de koffiekamer gaan zitten wachten tot iemand iets tegen me zei.

vrijdag 15 februari 2013

Professional

Foto: Johan van Velzen
Frits Wester staat voor de spiegel zijn hoofd te poetsen. Hij haalt een blauwe lap over zijn kale schedel, de uiteinden heeft hij stevig vast en hij wrijft alsof zijn leven ervan afhangt.  Een hongerig Peruaans schoenlappertje zou er nog een puntje aan kunnen zuigen.
  'Presentatie is alles', mompelt Frits tegen zijn spiegelbeeld, 'mijn hoofd zal zijn als een brandende zon. De blikken zullen verschroeien in mijn aangezicht.'
  Hoewel sommige mensen schijnen te denken dat het in de politiek draait om de politici, weet Frits wel beter. Alles draait om de presentator. Matthijs weet het, Jeroen weet het. De presentatoren maken de televisie, de politicus is decor. Met een los handje laat Frits, heel frivool, wat talkpoeder bovenop zijn hoofd dwarrelen. Hij maakt een paar kokette beweginkjes, sommige vlokjes vallen van zijn hoofd, degene die blijven liggen zijn net genoeg om geen gloeilamp van hem te maken.
   Het studiolicht kan je maken of breken, dat heeft zijn grote voorbeeld Mart Smeets hem jaren geleden al verteld. Voordat hij zijn slaapkamer verlaat, knielt Frits nog even voor de spiegel. 'Mag ik dat zeggen', prevelt hij vijftien keer. En daarna, harder, terwijl hij opstaat en er iets manhaftigs over hem komt: 'Ja, dat mag ik zeggen!'
  Als hij in zijn auto de redactie belt om mee te delen dat hij eraan komt, vragen ze of hij niet een kwartiertje later kan komen.

woensdag 13 februari 2013

Journalistiek

Foto: flickr, by yiuchiroc
Dit is een verslag van Johan Derksen en René van der Gijp. Van het weekend waren wij bij Vitesse. Dat is een voetbalclub in Arnhem. De baas van Vitesse is meneer Zjordania en hij is heel aardig. We mochten in een mooie kamer zitten met leren banken. Ook kregen we supergrote nasiballen. Ons vriendje Jan at ze achter elkaar op!
  Er was een mevrouw die heel lief voor ons was en we mochten een voetbalwedstrijd kijken. Meneer Zjordania is een hele belangrijke meneer. Toch was hij heel aardig voor ons! We vonden het reuze leuk en we zullen nooit iets slechts over Vitesse zeggen. Dit was echt een tof schoolreisje en meneer Zjordania is de beste! Groetjes, René en Johan van groep 5.

vrijdag 8 februari 2013

Timing

Foto: flickr, by Vlad B.
Vanochtend stapte het meisje waarmee hij afdanste in de trein, ze herkende hem niet. Ze was een vrouw geworden en las de ochtendkrant. Hij hing op een stoeltje en keek haar schuin aan. Ze was het zeker, geen twijfel over mogelijk. Hun blikken kruisten, geen blik van herkenning. Zijn oude danspartner en hij waren volkomen vreemden geworden.
  Misschien had hij destijds minder indruk gemaakt dan hij had gedacht.
 
  'Die flapdrol ben ik kwijt', had ze misschien wel gedacht toen ze voor het laatst de dansvloer afliepen. 'Hij kan geen maat houden en erg lekker ruikt hij ook al niet. Eens kijken of er aan de bar een vent met ritmegevoel staat.'
  Ze vouwde de krant dicht en stopte hem in haar koffertje, het station kwam in zicht. Een lange rij mensen stelde zich op voor de deur. Toen de trein bijna tot stilstand was gekomen, boog hij zich naar haar oor.
  'Cha-cha-cha', fluisterde hij zachtjes. Van schrik sprong ze zeker een meter achteruit, ze kegelde twee Japanners en een Surinamer om. Toen hij haar op probeerde te rapen struikelde hij over een aktetas. 'Sorry', riep hij, 'ik wilde je niet laten schrikken.' Terwijl ze het stof van haar kleren klopte lichtten haar ogen eindelijk op. 'Jij', zei ze, 'heb je me nog niet genoeg aangedaan?'