vrijdag 31 december 2010

Uiteinde

Foto flickr, by Creativity
De laatste dag van 2010 is een miezerige dag. Kleine regen beslaat mijn brillenglazen, druppeltjes kruipen tussen mijn kleren. Het regent net niet hard genoeg om een regenpak aan te doen, maar ondertussen heb je na een half uur wel het gevoel doorweekt te zijn.
 Smeltende sneeuw vermengt zich met het rood van opgeblazen rotjes. Over de straten trekken jongetjes, de handen vol vuurwerk. Hun tragiek is dat je niet denkt: 'schattig, dat deed ik vroeger ook', maar dat je denkt: 'het lijkt de Gaza-strook hier wel, jihadistjes in de dop zijn het.' Ik kan niet zeggen dat de miezerigheid symbool staat voor mijn 2010. Denk ik later aan dit jaar terug, dan zal ik denken aan stortende regen en verzengende hitte.
 Op woensdag 31 Maart 2010 werd mijn oma begraven. We reden door de dampende regen van Osdorp naar Zorgvlied, langs het water, door het hek. Later tilde ik met mijn broers en neven onze oma naar haar laatste rustplaats. Ze was een lieve vrouw en we missen haar.
 Enkele maanden later was het 2 Juli 2010. Aan het eind van de middag zagen we  het Nederlands Elftal een onwaarschijnlijke overwinning op Brazilië boeken. Direct hierna reed ik in een klein autootje mijn vriendin, haar moeder en de hond naar een bungalowpark in Mierlo. De hond hijgde op de achterbank, het zweet liep in straaltjes over ons gezicht. Later op de avond ging ik bij mijn broer langs, hij droeg slechts een korte broek, hij woonde op de bovenste verdieping van een flat en ik denk dat het in zijn appartement een graadje op vijfenveertig was. We dronken koude biertjes en zagen hoe Luis Suárez met zijn handen een goal van Ghana tegenhield, het laatste Afrikaanse land lag uit het WK en we gingen de halve finale spelen tegen Uruguay.
 Ik ben dit blog begonnen in 2010. Dit is de honderd drieëntwintigste post. Eenendertig berichten gingen het afgelopen jaar over voetbal, tweeëntwintig kregen het label actualiteit mee, er waren veertien 'stukjes', dertien posts over literatuur, twaalf over filosofie, negen over muziek, zeven over tv en vijf over film. Blijkbaar is voetbal ook voor mij de belangrijkste bijzaak in het leven. Vier columns werden geplaats op vi.nl, maar Johan Derksen heeft nog niet gebeld. Wel kreeg ik een e-mail van Sebes en van Gelderen dit jaar, of ik al aan een roman werk. Laat ik dat maar als vingerwijzing zien voor 2011.
 Om af te sluiten een gedicht: van sommige mensen heb ik het afgelopen jaar iets te horen gekregen in de trant van: 'leuk, dat blog van je, maar waar slaat die titel eigenlijk op?'
 'That's a fair question' zou Bob Dylan zeggen, dus hier komt ie dan:


PASEN - Ida Gerhardt


Een diep verdriet dat ons is aangedaan
kan soms, na bittere tranen, onverwacht
gelenigd zijn. Ik kwam langs Zalk gegaan,
op Paasmorgen, zéér vroeg nog op den dag.
Waar onderdijks een stukje moestuin lag
met boerse primula verfraaid,
zag ik, zondags getooid, een kindje staan.
Het wees en wees en keek mij stralend aan.
De maartse regen had het ‘s nachts gedaan:
daar stond zijn doopnaam, in sterkers gezaaid.

Iedereen een gelukkig nieuwjaar gewenst!

woensdag 29 december 2010

Dertien uur

Foto: Flickr, by SP8254
Een treinreis met dertien uur vertraging, wat zou dit betekenen? Een kleine gok:

- Jean-Philippe uit Toulouse had voor het eerst in zijn leven de tijd om na te denken, heeft ontslag genomen als advocaat en werkt nu als wijnboertje in de Dordogne.
- De vrouw van Jean-Philippe, Juliette,  had ook de tijd om na te denken en werkt nu als secretaresse in Parijs.
- Natuurkunde student Michel uit Nice heeft vier uur naar de sterren gestaard en een revolutionaire theorie over zwarte gaten ontwikkeld: ze zijn eigenlijk wit met een rood randje.
- De jonge Jean-Mari heeft een roman geschreven die de literaire wereld op haar grondvesten zal doen trillen.
- De kleine René, het zoontje van Jean-Philippe en Juliette,  heeft gezien hoe honderden mensen vol spanning zaten te wachten tot de trein weer ging rijden en heeft besloten conducteur te worden.
- De jonge Jean-Mari heeft zijn eerste liefde, de  iets oudere Juliette, verzekerd dat hij haar in Parijs op zal komen zoeken, hij zal er de laatste hand aan zijn roman kunnen leggen.
- Over negen maanden zal René een klein broertje krijgen, Jean-Philippe zal niet de vader zijn en de kleine René zal zijn plan om conducteur te worden laten varen. In plaats hiervan zal hij manager worden, nadat hij met eigen ogen gezien heeft wat voor verwoestende effecten een slecht functionerende organisatie op het familieleven kan hebben.

donderdag 23 december 2010

Voorpret

Foto: Flickr, by Ivan Walsh
Het is weer zover: de eerste sneeuwvlokken zijn gevallen, het strooizout is op en Nederland is drie maanden lang in de ban van zijn nationale obsessie: de Elfsteden Tocht. Drie maanden lang zal er geen journaal of nieuwsrubriek meer openen zonder dat de presentator op jolige wijze iets van 'goat iet oan of goat iet niet oan' brabbelt, de dronken IJsmeester, Sibkema uut Sobkema is weer uit zijn iglo getrokken om houten latjes door het ijs te steken en oh oh oh, wat vinden we het allemaal weer spannend.
 Begrijp me niet verkeerd, ik heb in principe niets tegen schaatsen, en als mensen langs elf Friese steden willen schaatsen moeten ze dat vooral doen, maar moet nu echt in het hele land hier weer drie maanden over doorgeluld worden? Dat eindeloze geouwehoer gebeurt trouwens vooral door Yuppen die de rest van het jaar nog niet dood gevonden willen worden in Sneek of Franeker, en nog nooit van hun leven op schaatsen hebben gestaan. Juist dat zijn de types die een soort vage gloed in hun ogen krijgen als er weer één of andere Fries wat onverstaanbaar in een microfoon staat te kwetteren over doorslagijs en diepere kruilagen. Van de zomer stonden die doorzontypes nog met zijn allen in Amsterdam uit hun dak te gaan omdat het Nederlands Elftal weer een wk-finale had verloren, maar wat maakte het uit, het was feest, en die buitenspelregel begrijpt dus echt helemaal niemand.
 Echte schaatsters, die zeggen gewoon tegen hun vrouw dat ze een rondje gaan schaatsen, schaatsen rond die elf plaatsjes en zijn weer op tijd thuis voor de erwtensoep.
 Het is dezelfde valse romantiek als te zien is bij programma's als Boer zoekt Vrouw, mensen die nog nooit van hun leven in het wild  een koe hebben gezien vallen in katzwijm als boer Harm zijn nieuwe vrouw de stallen laat zien. Ik hoop dat het dit jaar eindelijk eens een keer niet bij alleen maar 'voorpret' blijft, maar dat dat kreng ook daadwerkelijk gereden wordt en dat iedereen die dat vreselijk woord deze maanden in de mond heeft genomen, 'voorpret', met zijn glimmende oogjes gedwongen wordt om de Toch der Tochten straks ook helemaal uit te rijden. Goedschiks of Kwaadschiks, aan hun de keuze.

woensdag 22 december 2010

Emotionele chantage

Ok, ik heb dan wel geen kinderen, maar nadat ik onderstaande reclame op tv zag ben ik toch hals over kop naar de winkel gerend om honderdtwintig pakken pampers te kopen. 1 pak= in vaccin, samen kunnen we tetanus uitbannen! Terwijl ik door de sneeuw ploeterde met al die luiers onder mijn arm, ik verloor ze links en rechts, als een incontinente Grietje die de weg naar de winkel weer terug wil vinden, bekeek ik de mensen zonder luiers onder hun arm: wisten ze wel wat er in Afrika gebeurde, waarom kochten die mensen geen pampers?
 Ik schoot een Marokkaanse man aan die op een hoek van de straat in zijn handen stond te blazen: 'Luiers', riep ik tegen hem, 'we moeten luiers kopen. Eén pak is één vaccin!' Thuis aangekomen bleek ik van de hondertwintig pakken slechts twee bij me te hebben, dat kwam goed uit, ik had toch niets aan die dingen. Helaas zette ik toen de tv weer aan.


zaterdag 18 december 2010

Zingbaar

Wat Ernst Jansz kan, kan ik ook dacht ik toen ik de vertaalwedstijd in de Volkskrant zag:


De Beesten - Huis van ’t Hijgend Hert





Er staat een huis in Zierikzee
Het heet ’t Hijgend Hert
Het trok menig man in de diepte mee
Mijn God, dat weet ik ’t best

Mijn moeder maakte kleren klaar
Ze naaide mijn blauwe broek
Mijn vader gokte enkel maar
In Zierikzee was hij maanden zoek

Een gokker neemt slechts één ding mee
Zijn koffer en valies
En hij stelt zich enkel dan tevree
Als hij dronken is en vies

Oh moeder, zeg uw kroost gezwind
Niet te doen wat ik heb gedaan
Een leven vol zonde en onbemind
In het huis van ’t Hijgend Hert

Eén voet staat nu op de tree
De ander op het perron
Ik ga weer terug naar Zierikzee
Zonder kettingen val ik om

Er staat een huis in Zierikzee
Het heet ’t Hijgend Hert
Het trok menig man in de diepte mee
Mijn God, dat weet ik ’t best

Misschien iets meer naar de geest dan naar de letter vertaald, maar volgens mij erg zingbaar.

dinsdag 14 december 2010

Verbijstering

Foto: flickr, by dieselbug 2007
Verbijstering dat een man zich aanbiedt als oppas om vervolgens kinderporno te maken. Een verbijsterende reportage over onze jongens in Uruzgan: een oorlog blijkt helemaal niet gezellig te zijn.

Hoevaak moeten we nog verbijsterd zijn, voor we ons verbijsteren over onze verbijstering?

dinsdag 7 december 2010

Lijntjes

Foto: Flickr, by Dunechaser
Het MZ Journaal, een blad met 'nieuws en informatie uit de medezeggenschap van TNT N.V.', staat geregeld vol interessante informatie. In het nummer van December 2010 staat bijvoorbeeld een interessant artikel over het nieuwe 'OptiVo': Optimaliseren Voorbereiden. In het kader van OptiVo zijn er op de werkvloer bij TNT 'lijntjes' getrokken, ik citeer uit het MZ Journaal:

" 'Ook de OR heeft in het begin twijfels gehad bij de lijntjes. Maar wij zijn ervan overtuigd dat de lijnen bedoeld zijn om de werkvloer overzichtelijk in te richten. De lijnen zijn nu echter een heel eigen leven gaan leiden. Postbodes worden erop gewezen dat ze binnen de lijnen moeten blijven. Dat kan gewoon echt niet! Net als medewerkers verbieden naar het toilet te gaan of met elkaar te praten. Zo ga je niet met volwassen mensen om', aldus de verontwaardigde voorzitter van de OR. "

Ik moet bekennen dat het bestaan van de lijntjes enigszins aan mijn aandacht was ontsnapt, ik ben zo iemand die eerst ergens over moet lezen voor hij het ziet, maar ik stak meteen mijn licht op bij een collega en die vertelde me regelrechte horrorverhalen. Hoewel het op onze vestiging wel mee valt, schijnen de lijnen in andere vestigingen het allerslechtste in de mens boven te halen: geef een man een lijn en hij verandert meteen in een soort kampbewaarder. In dat kader is ook de volgende constatering interessant, ik citeer wederom uit het MZ Journaal:

'Ook het signaal dat de postverdeler met een rood/witte band om zijn arm moet lopen met daarop in zwarte letters "postsorteerder", is te zot voor woorden. Wie bedenkt zoiets?'

Het lijkt erop alsof er op de werkvloer van TNT Post een soort herhaling van het Stanford-gevangenis experiment gaande is: er schuilt een sadist in ons allemaal, we hebben alleen maar lijntjes en armbanden nodig om hem tevoorschijn te lokken. Mochten ze er tijdens de onderhandelingen echt niet meer uitkomen, dan kan TNT altijd nog proberen om geld te krijgen voor het sociologisch onderzoek dat ze uitvoeren.

Deja vu

Foto: Flickr, by Erwin Boogert
Toen ik gisteren thuis kwam na een try-out van de nieuwjaarsshow van Freek de Jonge bezocht te hebben, wachtte mijn vriendin me op in de hal.
 'Ik heb nieuws', fluisterde ze op onheilspellende toon, 'voetbalnieuws. Of heb je het al gehoord?' 'Ik heb niets gehoord', zei ik, 'maar Martin Jol zal wel ontslagen zijn.'
 Ik had natuurlijk gelijk, en als ik twintig jaar jonger was geweest had SBS 6 waarschijnlijk al voor de deur gestaan met een camera om zijn nieuwe oplichterijprogramma een duwtje te geven, maar ik denk toch dat er iets anders aan de hand is.
 Zo las ik vanochtend in de krant dat het kabinet tot de conclusie is gekomen dat kinderen weer 'kernvakken' op school moeten gaan krijgen, en het aantal 'profielen' moet tot twee worden gereduceerd, laten we ze voor het gemak even 'alfa' en 'beta' noemen. Ook deze gebeurtenis had ik met stellige zekerheid een jaar geleden al kunnen voorspellen, ik had er niet eens een overleden overgrootvader voor nodig gehad.
 Bewegingen in het onderwijs, trainers van Ajax, het zijn slingers die een zetje krijgen, ze beginnen vol goede moed, tot ze de overkant bereiken en net zo hard weer terug zwaaien. In het onderwijs gaat dit helemaal vanzelf, bij Ajax staat Johan Cruyff aan de de overkant te wachten voor het geval dat. Je hoeft geenzins paranormaal begaafd te zijn om deze beweging aan te zien komen, het is meer zo dat hoe ouder je wordt, hoe meer je het gevoel krijgt in een eeuwige deja-vu te zijn opgesloten.

 De show van Freek de Jonge was overigens erg sterk, maar ik had niet anders verwacht. Zonder al teveel prijs te geven: de plot draait om de Jonge's incontinente moeder, een papegaai die 'vergeet het maar' heet en Mark Rutte die in zijn Saab met 130 kilometer per uur op de hoofdpersoon af komt scheuren. De Jonge is origineel in een vaste vorm, daar kunnen het onderwijs en Ajax nog iets van leren.

donderdag 2 december 2010

Winter

Foto: Flickr, by DaveKav
Ik ben door mijn rug gegaan. Als een oude man loop ik door het huis: handen in de zij, buik vooruit, om de onderrug zo hol mogelijk te houden. Alleen een slecht zittend kunstgebit ontbreekt nog, en een stevige scheldkanonnade op de jeugd van tegenwoordig. Af en toe schuif ik als een kromgevouwen harmonica achter mijn bureau en lees 'Mind and World', van McDowell.
 Ik ben gek op filosofie in de winter. In de zomer denk ik wel eens: waarom lees ik al die onzin eigenlijk. De zon schijnt, en er is voetbal op tv. Maar de winter blaast alle ruis weg, in het lege landschap kan ik me weer op de essenties concentreren: Mind, Thought en World. En hoe die drie dan met elkaar verbonden zijn.  Vorig jaar las ik rond deze tijd Wittgenstein, het staat me nog scherp voor de geest. Wat ik van de zomer las, ben ik allang weer vergeten. Het is samen met de zomerhitte verdampt.

Remco Campert schrijft in 'Koud':

...Alles wordt klaarder: de straat
is tot het eind te zien. De woorden
hebben geen eind.

Ik ben dichter
bij de waarheid in December
dan in Juli. Ik ben dichter
bij gratie van de kalender, lijkt het
soms wel...

Zoals Campert dichter is bij gratie van de kalender, ben ik misschien wel filosoof bij gratie van de sneeuw.

zondag 28 november 2010

Milieudag

Foto: Flickr, by mainuk
De Britse Louis Theroux maakt mooie documentaires: met zijn naïeve Engelse hoofd wordt hij snel in vertrouwen genomen en komt hij op plekken waar je niet zo snel met een camera komt, en, misschien nog wel belangrijker, weer weg komt. Gisteren zag ik hoe hij in Nigeria het dagelijks leven in Lagos onder de loep nam. Hij kwam in de vertrekken van 'MC', een soort burgerwacht die zich over de burgers 'ontfermde' en begaf zich ook tussen de 'Area Boys', jongemannen die in de ghetto-buurten hetzelfde probeerden te doen. Je kreeg al vrij snel in de gaten waarom de economie in Lagos niet echt van de grond wil komen: tegenover elke jongeman die een groentewinkeltje wil openen, staan er zes die voornamelijk willen rondhangen en af en toe een rondje willen maken om 'beschermingsgeld' op te halen.

Wordt je winkeltje niet door de ene wethandhaver in elkaar geslagen, dan wordt hij het wel door de andere. Winkeltjes in elkaar slaan die zich niet aan vage bouwvoorschriften houden was echter niet het enige dat de mannen van MC deden:

'Welke dag is het vandaag', vroeg één van de gele hesjes aan een jongetje dat aan de kant van de weg in het stof wat zat te verpieteren.

'Dinsdag', antwoordde het jochie. 'En wat is dinsdag?' 'Dinsdag is milieudag.'

In al zijn wijsheid had MC besloten een milieudag in het leven te roepen, een dag van de week waarop de burgers van Lagos plastic in moeten gaan zamelen. Waarom roept een lokale maffiabaas in zijn totaal verpauperde ghetto een milieudag in het leven? Ik denk dat het om dezelfde reden is dat kleine jongetjes een stropdas omdoen en net doen alsof ze thuis komen van hun werk. MC kijkt naar zijn televisie en denkt: het milieu, dat is waar de grote mannen zich mee bezig houden. Wil ik enigszins meetellen in de wereld, dan moet ik een milieudag in het leven roepen.

De ijdelheid van de man kent geen grenzen, gelukkig is het land dat haar het constructiefst weet in te zetten.

donderdag 25 november 2010

Vrij

Foto: Flickr, by HRC
Vandaag heb ik vrij: de post staakt. Dat deden ze vorige week ook al, maar daar werd maanden naar toe gewerkt. Die dag had ik in mijn agenda al afgefinkt. Een echte vrije dag is een dag die nog niet opgevuld is met plannen, een dag met plannen is al een beetje aan het werk gaan. De allermooiste weekenddagen zijn dan ook de dagen dat je uit je bed springt, je denkt dat je door de wekker heen bent geslapen, je komt onder de douche vandaan en bij het aankleden begin het langzaam tot je door te dringen: Zaterdag.

Alsof je na veertig jaar zwerven over de honderdste zandheuvel geklommen bent, en ineens oog in oog staat met het druipende fruit van het beloofde land.

Wat gaan we doen? Eerst maar even niets, genieten van het niet-werken. Maar na een half uur wordt je onrustig: de vrijheid knaagt aan je. Het schijnt dat sommige gevangenen nadat ze vrij gelaten worden zo snel mogelijk weer in de fout gaan: ze willen terug naar hun traliekamertje. Eerst maar eens naar buiten. Goede zet: wanneer je in alle vrijheid de heldere ochtendlucht inademt, dringt het opnieuw scherp tot je door. Je kan een ommetje gaan lopen. Of even naar de bibliotheek. Nieuwe schoenen kopen. Het is alleen wel koud. Eerst maar weer naar binnen. Hier zijn we al geweest. De kamer begint je de keel uit te hangen, nu je er eens goed voor gaat zitten, is het eigenlijk een zooitje. Eerst maar eens schoonmaken. Ramen boenen, stofzuigen. Het vuilnis moet weg, en nu heb je tijd om eindelijk eens naar de glasbak te gaan. En je moet eigenlijk ook nodig naar de kapper. Rekeningen moeten worden betaald, administratie. Planten water geven. Achterstallige e-mails.

De helft van je vrije dag is om.

Je puft uit op de bank, en je moet nog een hele middag. Bellen met de zaak: is er echt geen werk? Nee, helemaal niets. Dvd'tje kijken. Wat duren films overdag toch lang. Je bent vergeten boodschappen te doen, halsoverkop naar de Albert Heijn. En er staat ook nog een afwas. Doodmoe ga je naar bed. De volgende ochtend gaat de wekker: werk! Had je maar eens een dagje vrij.

maandag 22 november 2010

Fata Morgana

Foto: flickr, by BasBoerman
Vanavond sprak ik iemand die jaren in de Efteling heeft gewerkt. Hij vertelde me dat er geregeld Ajacieden naar de Efteling kwamen, vooral Johnny Rep en Frank Rijkaard konden er volgens hem geen genoeg van krijgen. De favoriete attractie van Rijkaard was de Fata Morgana: steeds opnieuw ging hij weer in dat bootje zitten. Een collega van de jongen die ik sprak riep dan steeds: 'Ajax, Ajax', als Rijkaard in de tunnel verdween.

Het grote hoofd van Frank Rijkaard, met die zwarte dreadlocks die in een donkere tunnel verdwijnen, de rest van de avond liet het beeld me niet meer los.

zaterdag 13 november 2010

Windows 2

Foto: Flickr, by s.alt
Twee jongens werken op zaterdag bij de Albert Heijn. Ze staan met een fles cola in hun handen met elkaar te praten. Ze staan naast een kar die nog vol colaflessen ligt. Het colarek is bijna leeg. Toch blijven ze met elkaar staan praten: hun sociale leven neemt hen meer in beslag dan het het bijvullen van het colarek.

'Ik ben daar gestopt', zegt de één, 'ik moest daar Windows 2 installeren, daarvoor ga je toch niet naar school?'

De ander knikt begrijpend. Het vak met de colaflessen is inmiddels helemaal leeg. Ze lijken het niet te zien. De ander begint over zijn eigen schoolcarriere. Af en toe kijken ze op hun horloge: gelukkig is het bijna pauze.

donderdag 11 november 2010

Scoren

Foto: Flickr, by Angus McDiarmid
De Peruaanse regering gaat piraatedities van de nieuwe roman van Vargas Llosa stevig aanpakken:

'Piraatedities zijn in Latijns-Amerika een verre van nieuw fenomeen. Sinds jaar en dag bieden ambulante verkopers internationale bestsellers zeer snel na verschijnen aan voor een lagere prijs.'

Een land dat literatuur zo serieus neemt dat er illegale straathandel ontstaat, een fijn idee. In de ene wijk kun je goedkope Tolstoj scoren, aan de overkant hebben ze net een partijtje Dostojevski binnen gekregen. En de politie? Die schuiven ze af en toe een gratis Baantjer toe...

zondag 7 november 2010

Waarom FC Twente het nieuwe Ajax is

Foto: Flickr, by Brit.
Tijdens de Champions League wedstrijd van FC Twente tegen Werder Bremen krijgt Nacer Chadli, een jongen die vorig jaar nog voor AGOVV in de Jupiler League voetbalde, de bal van ploeggenoot Ruiz. Chadli houdt de bal even onder de voet, kijkt het veld rond en tikt de bal nonchalant achter zijn standbeen naar zijn doorgelopen medespeler. Ruiz geeft de bal voor, de Jong kopt binnen en de wedstrijd is gespeeld. Eerder had Chadli zelf al de 1-0 gemaakt. Ik zie de herhaling, het hakje, de schoonheid van de hele aanval en het enige dat ik denk is: waarom voetbalt die Chadli niet voor Ajax?

Nacer Chadli is het soort voetballer waar Ajax vroeger het patent op leek te hebben: stijlvast, technisch sterk , handig met de bal en vol bravoure. Dat Ajax er niet voor gekozen heeft deze groeidiamant in huis te halen, is echter niet eens het echte probleem. Het echte probleem is dat wanneer ze dit wel hadden gedaan, Chadli waarschijnlijk al weer afgeschreven was geweest. Na een aantal ongelukkige invalbeurten was hij op de bank beland. Misschien was hij psychologisch instabiel bevonden, of was er geconstateerd dat het niveauverschil toch te groot was.

Er was een tijd dat wanneer een speler naar Ajax kwam, hij vleugels leek te krijgen. Hij werd opgenomen tussen de Godenzonen en alleen het rood-witte shirt was al voldoende om hem boven zichzelf uit te laten stijgen. Hij werd moeiteloos ingepast in een systeem dat stond als een huis, een vaste speelwijze waar vertrouwen uit straalde en dat het beste in de nieuwe jongens naar boven haalde.

Dit is sinds lang verleden tijd.

Een haast eindeloze stroom ‘miskopen’ heeft dit beeld hardhandig onderuit gehaald. Maar waren dit nu echt allemaal miskopen, of is er iets anders aan de hand? Had Chadli, indien Ajax hem had gehaald, met hetzelfde vertrouwen in de Arena lopen voetballen? Ajax is een club geworden waar voetballers met potentie vaker hard naar beneden vallen, dan dat het rood-witte shirt nog het beste in ze naar boven haalt. Alleen de echte supertalenten, een Suarez of een Ibrahimovic, weten zich op eigen kracht aan de malaise te ontworstelen. Maar waar vroeger een heel gewone speler als Kiki Musampa moeiteloos een wedstrijd tegen Real Madrid in de Champions League mee liep te ballen, daar is Ajax nu een eindpunt geworden voor een eens dartelend talent als Miralem Sulejmani. Ajax is een club geworden die worstelt met zichzelf en nauwelijks meer stabiliteit en vertrouwen kan bieden. Bij FC Twente voetbalde naast Chadli ook een Duits talentje als Leugers vrolijk zijn partijtje mee. Jonge spelers worden bij FC Twente opgetild door het stevige karkas dat om hen heen staat, zelfs in de afwezigheid van routiniers als Jansen en Brama speelt Twente zelfbewust in hetzelfde systeem.

Misschien dat Miralem Sulejmani op zijn treurige kamertje in Diemen ook naar die imponerende actie van Nacer Chadli heeft zitten kijken en bij zichzelf heeft gedacht: ik had ook naar een Nederlandse topclub moeten gaan.

woensdag 3 november 2010

Geschiedenis

Foto: Flickr, by LA Wad
Gisteren zat ik in de bus ineens tegenover een stukje recente geschiedenis: Hans Jansen zat ook in de bus. Altijd leuk: mensen van de televisie in het echt zien. Hij leek precies op die man van tv en hij leek zich niet erg zorgen te maken over de gevolgen van zijn etentje: hij zat geanimeerd te praten met een vrouw die heel veel op Renate Dorrestein leek. Ik probeerde natuurlijk af te luisteren waar die twee het over hadden, de man die zorgde dat Moszkowicz kon wraken, daar moesten wel interessante teksten uit komen, een inside-angle op het Wildersproces, ik schoof nog wat dichterbij, ik ving iets op over de jeugd van tegenwoordig, dat viel een beetje tegen, maar toen hoorde ik niet veel meer: de jongen aan de andere kant zette de turbo er op.

Hij was sinds het binnenstappen al bezig  om indruk te maken op een meisje, wat niet echt lukte. Hij stond, hing eigenlijk, half in mijn rug, zij zat en staarde wat uit het raam. Juist op het moment dat Hans Jansen van de jeugd van tegenwoordig overschakelde naar de Tweede Wereldoorlog, en dan is het nog maar een kleine stap naar Wilders, begon hij al het eten dat hij lekker vond op te sommen:

BLOEMKOOL, schalde het door de bus en door Jansen's betoog heen, SPRUITJES, MACARONIE.

Ze reageerde nog steeds niet, 'historisch besef', ving ik aan de andere kant op, LASAGNA, SPAGHETTI, ze gaf nog steeds geen sjoege, EIGENLIJK ALLES ITALIAANS WEL.

Ik schoof terug en gaf het op: geen journalistieke coupe, met dank aan een wanhopige tiener. Had hij maar wat historisch besef gehad, dan hadden we allemaal in de bus naar Hans Jansen kunnen luisteren: misschien hadden we wat geleerd, anders dan de favoriete gerechten van eppo met een petje op.

zondag 31 oktober 2010

Echte

Foto: Flickr, by Ian Wilson
Ik las de Ontdekking van de Hemel en ik vond het het beste boek dat ik ooit had gelezen. Ik ging met mijn moeder in Rome op zoek naar de Scala Sancta. Ik las de Ontdekking van de Hemel tien jaar later nog een keer en ik vond het een stuk minder: Dan Brown voor intellectuelen. Ik las De Diamant en Het Stenen Bruidsbed en ik begreep er geen moer van. Toen las ik een stel van zijn vroege verhalen. Magisch-realistische vertellingen, over een sprong van paarden in de zoete zee en een man die samen met een stervend paard en een kapotte piano door een afgebrokkelde wereld trekt. Ik vond ze ontroerend en schitterend. Ik herlas Het Stenen Bruidsbed en deze keer vond ik het prachtig. Ik las Voer voor Psychologen en ik vond het tegelijkertijd belachelijk ijdel en lichtelijk geniaal. Ik herlas Twee Vrouwen en ik zag wat een mooie, onnadrukkelijke stijl Mulisch heeft.

Nog steeds heb ik de helft van zijn oeuvre niet gelezen, terwijl de andere helft maar blijft veranderen. Blijkbaar is Mulisch een schrijver die met je mee groeit, als je meer kan lezen staat er meer in zijn boeken geschreven, je moet kijken voor je het kan zien. Het is een oeuvre waar je je hele leven door geboeid kan blijven: iets wat alleen de echten klaarspelen.

maandag 25 oktober 2010

10-0

Foto: Flickr, by petesimon
Van de vijf mannen die gisteren bij Studio Sport aan tafel zaten leek alleen Jan Mulder echt in de gaten te hebben wat er was gebeurd: een historische val zoals je die zelden meemaakt. De andere mannen leken het geen probleem te vinden dat Been vandaag weer in de auto stapt om zijn team op de volgende wedstrijd voor te bereiden: thuis tegen VVV, altijd lastig.

10-0 schreeuwde Mulder vertwijfeld, 10-0!

De rest staarde hem wat meewarig aan: geen gevoel voor symboliek. Jan Mulder weet wat 10-0 betekent: ander werk zoeken. Bijscholen, misschien iets met huis aan huis verzekeringen. Gaan er nog steeds mensen met van die grote encyclopedieën de deuren langs? Voetbalschoenen op zolder verstoppen, of met een steen erin in het slootje laten zakken. Naam veranderen, andere auto. Verhuizen, andere vrouw.

10-0. Dat is dus gewoon einde discussie. Een pater die met zijn broek op zijn knieen voor het altaar wordt betrapt. Een raadsheer die met een getuige-deskundige van de verdachte gaat dineren. 10-0.

We zetten de schouder eronder jongens, zal Been vandaag wel zeggen. Niet alleen woorden kunnen hun kracht verliezen, cijfers zijn ook niet meer wat ze waren.

zaterdag 23 oktober 2010

Ruimte

Foto: Flickr, by Vic Lic
 Het is lopen in de regen.

Het zijn kinderen
die hun voeten vegen
op een bruine strooien mat.

Het is een ijsbal op het raam.

Een schot dat langzaam
naast zal gaan
en een slaperige kat.

Het is die dikke, roze pelikaan
met zijn bek op half zeven
(hij staat roerloos wat te wachten
tot zijn baas hem vis gaat geven)

Dat zijn dus de dingen die
van links naar rechts of andersom
wat door de ruimte zweven.

En geen mens die weet waarom.

maandag 18 oktober 2010

Ansichtkaart

Foto: Flickr, by Marga M.
Gisteren zag ik in het Koningstheater in Den Bosch hoe Ernst Jansz (Doe maar Ernst, je bent het einde Ernst) zijn in het Nederlands vertaalde liedjes van Bob Dylan zong. Het was een mooi optreden, Jansz had er duidelijk werk in gestoken en vertelde tussen de liedjes uitgebreid hoe hij aan het vertalen was geslagen en op zoek was gegaan naar de betekenis achter de teksten van Dylan. De ene keer was dat overtuigender dan de andere: ik geloof er bij Dylan niet echt in dat hele songteksten één op één naar de werkelijkheid verwijzen, daar is hij iets teveel dichter voor, maar af en toe waren er wel verrassende links.

Zo dacht ik altijd dat de openingszin van Desolation Row:

'They're selling postcards of the hanging'

een typisch dichterlijk-cynisch verzinsel van Dylan was. Blijkt dus echtgebeurd te zijn: in zijn geboorteplaatsje Duluth, Minnesota werden in 1920 (!) door een menigte drie zwarte mannen gelyncht, waarschijnlijk op  valse gronden. Er werd een foto van de drie dode mannen gemaakt, waarvan iemand op het bizarre idee kwam dat dit wel een aardige ansichtkaart voor Duluth, Minnesota zou vormen.

En zo blijkt de werkelijkheid uiteindelijk altijd toch weer gruwelijker dan wat je zou kunnen verzinnen.

donderdag 14 oktober 2010

Verslaving

'Verslaving, wat is een verslaving', filosofeerde Yuri van Gelder in die documentaire gisteren, terwijl hij ergens op een heuvel als een bezetene chips stond te eten, 'verslaving vind ik zo'n vies woord.'

Hij was hij daar in Schotland om af te kicken, wat me de taaltechnische problemen rond het woordje 'verslaving' wel lijkt op te lossen. Ik vraag me af of je van die coke eigenlijk een betere turner wordt, en wat zou anders het probleem zijn, maar de grootste moeite had ik met de titel van de documentaire:

'Hangen en opstaan.'

Jemig de pemig. Daar zullen wat brainstormsessies in gegaan zijn. Met het oog op de meest recente ontwikkelingen, stel ik alvast een titel voor de volgende docu voor:

'Snuiven en slingeren.'

Gratis en voor niets!

woensdag 13 oktober 2010

Weg

Foto: Flickr, by Hans Pama
Over de vlucht van een vogel
wilde ik schrijven
over de bogen
van station Den Bosch

Over zijn val
van de nok tot de tegels
draaiend rond balken
glad van het mos

Over de adem
de zielen van mensen
spiraal in de lucht
een kringel van rook

Over hoe alles
altijd blijft vallen
eerst naar beneden
op het einde omhoog

Dat wilde ik schrijven
ik moest het onthouden
maar toen kwam de trein
en ze joeg alles weg

Accentjes

Taal is zeg maar echt zijn ding:

maandag 11 oktober 2010

Machine

Als Anthony Kamerling op de filmset stond had hij soms het gevoel dat de mensen door hem heen liepen. Ik denk dat ik begrijp wat hij daarmee bedoelde. Ik denk ook dat ze hem op hadden moeten sluiten, dan had hij nu nog geleefd, en hadden we over een paar maanden wel weer verder kunnen kijken. Het probleem is natuurlijk dat je niet iedereen op kan sluiten die het gevoel heeft dat de mensen door hem heen lopen. Dan kan je wel aan de gang blijven, en negenennegentig van de honderd mensen heb je waarschijnlijk voor niets opgesloten: die hadden het zonder die opsluiting ook wel overleefd.

Albert Verlinde vroeg om een mediastilte, nam de de auto naar de studio van RTL Boulevard en ging een uur over zijn overleden zwager zitten praten. Albert Verlinde gelooft niet in stilte, hij denkt dat zolang je maar blijft babbelen het gevaar bezworen zal worden. Fluiten in het donker: hij heeft er zijn werk van gemaakt. Je kan ook zeggen dat al dat gepraat je alleen maar leger maakt. 

Misschien is het zoals Dylan zingt in 'The man in me' (vooral bekend uit de film The Big Lebowski):

The man in me must hide sometimes, to keep from being seen
But that's just because he doesn't want
To turn into some machine.



Misschien had Kamerling zich moeten verstoppen, in een donker hoekje, om pas weer tervoorschijn te komen op het moment dat hij zich geen machine meer voelde.

donderdag 7 oktober 2010

Apocrief


Een man van een jaar of veertig zit op een zwarte leren bank naar een breedbeeldtelevisie te staren. Op het scherm wordt gevoetbald, de man drinkt bier en praat tegen zichzelf. In de keuken wordt gerommeld, in de hoek van de kamer ligt een witte pitbull gemeen op een balletje te knauwen.

Die klote van Persie raakt ook geen pepernoot... Slome tak is het, typisch een kakkerlak. Altijd de mond vol over werken, maar zelf een beetje in beweging komen… Gooi van der Vaart er maar in, tenminste een Mokumse jongen… Ook niet de snelste trouwens… Snel.. Snelle Jelle noemden ze me vroeger, ha. Het enige wat nu nog snel gaat is het bier door m’n keel, en zelfs dat gaat steeds trager...

De Pitbull heft de kop, hij detecteert ongenoegen bij het baasje en loert de kamer rond om de oorzaak aan stukken te scheuren.

‘Koest, Roef, brave jongen.’

Een zonnebankbruine vrouw komt de kamer binnen, kijkt met walging naar de televisie en dan naar de man op de bank.

‘Zit je nou nog op je luie reet! Je moet Tiffy ophalen, ze staat te wachten voor die zuipschuur.’

‘Over vijf minuten, bijna afgelopen.’


‘Penalty,lul!'

De vrouw stormt naar binnen en drukt de televisie uit.

Teringwijf… Na de eerste werd ze dik, na de tweede werd ze vals… Maar als ik toch naar die zuipkeet moet, kan net zo goed even snel een kroketje trekken…

‘Roef, kom, we gaan op stap!’

‘Woef!’

vrijdag 1 oktober 2010

Niets aan de hand

Foto: Flickr, by Badruddeen
Er ligt een baby op de grond
en ik probeer te lezen
over Kant's categorisch imperatief

Hij trekt aan onze mooie plant
maar mijn vriendin die zegt
'God wat is hij lief'.

Hij heeft het toch maar makkelijk
hij lacht en stopt wat in zijn mond:

niets aan de hand.

Hij hoeft zich nog geen zorgen te maken
over die imperatief van Kant.

maandag 27 september 2010

American

Als ik The American, de film waarmee de Nederlandse fotograaf Anton Corbijn een aardig succes had ik Amerika, in één zin samen zou moeten vatten, zou het waarschijnlijk iets zijn als: 'George Clooney rijdt in een auto door Italie en kijkt bedenkelijk'.  Waarmee ik wil zeggen dat het niet echt een volgepakte actiefilm is, meer een film in de richting van de Franse cinema, waarin veel gefronst wordt en uit ramen wordt gestaard. Toch vond ik The American behoorlijk boeiend. Het aardige van George Clooney is dat hij ook bijzonder boeiend is om naar te kijken als hij in een auto rijdt, of een kopje koffie drinkt, of een geluidsdemper in elkaar schroeft (die scene duurt ongeveer vijf minuten, Clooney die aan een tafel een beetje aan het sleutelen en hameren is, toch vond ik het een stuk boeiender dan twee en half uur geren en geschiet in Inception).

Het verhaal is een verhaal wat we eigenlijk al tien keer eerder ergens gezien hebben: een huurmoordenaar op leeftijd wil uit het vak stappen, wordt wat te zacht, gaat zich aan mooie vrouwen hechten wat hem kwetsbaar maakt, maar kan hij zomaar ontslag nemen? Bij het beroep van huurmoordenaar schijnt dit nogal lastig te zijn, werkgevers hebben de neiging om je dan maar meteen overhoop te schieten, in plaats van een handdruk en 'veel succes in je verdere carriere'.

Voor een karakterfilm zitten er een paar verrassend goede actiescenes in, een achtervolging of twee, hier en daar een vuurgevecht. Maar het gaat uiteindelijk om de sfeer, en niet te vergeten de plaatjes. En die zijn prachtig. Italie, de straatjes, de velden, de mensen. Corbijn is een wereldberoemd fotograaf en dat zie je. Hij neemt de tijd om dit (bekende) verhaal te vertellen en hoewel je het einde van een kilometer ziet aankomen, maakt het niet veel uit: het gaat in zo'n film om de reis, niet om de bestemming. Net als in het leven zelf eigenlijk.

vrijdag 24 september 2010

Herfst

Foto: Flickr, by bramloquet
‘Ik heb wel tijgerbalsem, maar ik heb niemand om het in te smeren’.

De man die het zei keek er treurig bij. Hij zei het tegen een oude vrouw, die hing uit een raam. Hij was aan komen rijden in een auto met een deuk erin.

‘Kou op m’n rug’, was het eerste wat hij gezegd had toen hij die auto uit was gekomen, en toen was hij over die deuk begonnen. Het kwam er op neer dat hij van iemand geld zou moeten krijgen, maar het niet ging krijgen, om onduidelijke redenen. En de dokter wist ook al niet wat er met zijn rug was. En het ging slecht op de zaak. Het vrouwtje dat uit het raam hing begon steeds treuriger te kijken. Misschien dacht ze aan vroeger, toen kwam hij ook al altijd met een gescheurde broek thuis, en onderweg was hij zijn huiswerk verloren. En de meester moest altijd hem hebben en voor verjaardagpartijtjes werd hij overgeslagen.

‘Maar heb je dan geen tijgerbalsem’, had ze uiteindelijk maar gevraagd.

‘Voor op je rug?’

Maar hij had dus niemand om het in te smeren. Dat leek me zijn situatie goed samen te vatten, wel tijgerbalsem hebben, maar dan niemand om het in te smeren. Het leek me zo’n man die zichzelf per ongeluk opsluit in een kelder, die dan wel vol ligt met etensblikjes, maar dat hij dan geen blikopener heeft. Gaat hij alsnog dood van de honger, in een kelder vol met eten.

‘Ik smeer je wel even in’, zuchtte de oude vrouw, en klapte het raam dicht. Even glimlachte de man, maar toen moest hij weer aan zijn auto denken, of aan zijn werk. En toen begon het ook nog te regenen.

donderdag 23 september 2010

Nuttig

Jeremy Bentham (1748-1832) was een vroeg pleitbezorger van het Utilisme. Utilisten zijn van mening dat elke handeling beoordeeld moet worden aan de hand van één criterium: levert deze handeling het meeste nut op? Om dit idee ook nog na zijn dood kracht bij te zetten, liet hij een auto-icon maken: een pop die gevuld was met zijn eigen botten, gekleed in zijn eigen kleren en aanvankelijk ook met zijn eigen hoofd erop. Het nuttige van deze handeling zou er in zitten dat er op deze manier geen standbeeld van hem gemaakt hoefde te worden. Het auto-icon kreeg een plaatsje binnen University College London, bij de 100e en 150e verjaardag van de universiteit was Bentham op deze manier aanwezig bij vergaderingen: zijn aanwezigheid werd genoteerd als 'present but not voting.'

Inmiddels is het auto-icon weggehaald: de preservatie van het hoofd was niet helemaal gelukt en lag daarom aan zijn voeten. Dit leidde tot 'ongeregeldheden.' De studenten van Londen hadden een andere invulling van het begrip nuttig: in de gangen van University College werd het hoofd van Jeremy Bentham als voetbal gebruikt.

vrijdag 17 september 2010

Het zwaaien van Enoh

(Ook te lezen op vi.nl)

Woensdag 15 september 2010, Bernabéu Stadion Madrid. Na vijf jaar afwezigheid is Ajax weer terug op het podium waar het vindt dat het eigenlijk elk jaar behoort te staan: de Champions League. Dit is het podium om op te schitteren, eindelijk mogen ze weer mee doen met de grote jongens. De hymne schalt door het stadion, de camera glijdt langs de gespannen gezichten van de spelers.

En nog voor de bal gerold heeft, heeft Ajax de wedstrijd al verloren.

Enoh komt in beeld, de beul van de Eredivisie, de Kameroenees die in Nederland in zijn eentje het hele middenveld van Ajax bestiert. En hij zwaait. Hij zwaait naar de camera als een puber op excursie met Havo Vier. Geen nonchalante zwaai, maar zo’n korte enthousiaste zwaai, waarbij de hand heel snel van links naar rechts en weer terug gaat. En hij lacht erbij, hij is vrolijk. Nu hebben er weliswaar vaker spelers gekke dingen gedaan als die camera langs hun hoofd gleed. Ik kan me van Frank de Boer een waarschijnlijk guitig bedoeld knipoogje herinneren dat deed denken aan een man die in een verkeerde auto ’s-nachts door donkere straten gleed op zoek naar wat vertier. Maar zwaaien! Kijk Mama, hier sta ik, heus, ik ben het , ik sta zelfs op het veld!

Vanaf dat moment was Ajax al reddeloos verloren. De rest was alleen nog maar afwikkeling. De Zeeuw die steeds te laat was. Van der Wiel die op een meter of vijf Ronaldo stond te dekken. Anita die als een kleine jongen aan de kant werd geschoven, als een kleuter die een beetje hinderlijk in de weg liep. Het zwaaien had bezit genomen van het hele elftal. Dit was geen wedstrijd meer, dit was een schoolreisje. Ik hoop dat Jol het zwaaien ook heeft gezien, en de beelden de komende twee weken voor elke training in de kleedkamer afdraait.

‘Kijk, en hier gaat die hand omhoog, toen konden we nog terug, Eyong. Je had er een woest gebaar mee kunnen maken, of even nonchalant mee over je gladde schedel kunnen wrijven. Maar je ging door, je zat in die beweging, en dan hier, je ogen beginnen te sprankelen, je glimlach breekt door en pats… wedstrijd verloren.’

Over twee weken hoop ik een Eyong Enoh te zien die het zwaaien voorgoed is afgeleerd. Een kille doodsdrift wil ik in die grote Afrikaanse ogen zien, met misschien een vleugje melancholie, bij voorbaat een klein beetje verdriet om al die domme voetballers die bij hem in de buurt zijn komen lopen en met hun onderbeen onder hun arm het veld weer zullen verlaten. Het wordt tijd dat Eyong Enoh niet slechts de beul van de eredivisie is, maar van heel Europa.

Alleen even dat zwaaien afleren, dan komt het wel weer goed met Ajax.

dinsdag 14 september 2010

Kat

Foto: Flickr, by eva101
Het is Suikerfeest. Vrouwen lopen met schalen eten heen en weer, jongens hangen rond op straathoeken. Een groepje van drie lokt een kat mee naar binnen. Het is de kat van onze buren. De buurjongen staat in de garage zijn fiets te maken.

‘Ze hebben jullie kat mee naar binnen genomen’, zeg ik tegen hem. Hij legt een tang neer en kijkt me aan.

‘Wie?’ ‘Drie jongens die hier tegenover op bezoek zijn.’

‘Marokkanen?’ ‘Ik denk het wel.’

Hij denkt even na. Er zit smeer op zijn gezicht, hij heeft een blauwe overall aan. De grond ligt bezaaid met gereedschap, het voorwiel van de fiets leunt tegen garagemuur.

‘Ze vieren Suikerfeest?’ ‘Ja.’ ‘Zouden ze dan katten in de pan doen?’

'Geen idee.'

‘Ik ga er wel naartoe.’

Hij belt aan bij de mensen die Suikerfeest vieren. Ik blijf staan op een afstandje, ik zie hem gebaren, de drie jongens komen tevoorschijn, een oudere man, nog een oudere man, vrouwen met doeken om hun haar. Er wordt steeds luider gepraat, tot de eerste begint te schreeuwen. De vader van de buurjongen komt de straat inrijden, als hij ziet wat er aan de hand is rijdt hij recht op het groepje af en springt uit zijn auto. De eerste duw wordt uitgedeeld.

‘Wij weten van geen kat’, hoor ik iemand schreeuwen. ‘Hij heeft het toch zelf gezien’, schreeuwt de buurjongen, en hij wijst naar mij. Iedereen kijkt mijn kant op, ik zie de drie jongens zachtjes het huis binnengaan. Het hele groepje beweegt zich in mijn richting en juist op het moment dat ik er vandoor wil gaan, voel ik iets langs mijn benen strijken. Het is de kat.

donderdag 9 september 2010

Hond

Vandaag heb ik in het één-euro-winkeltje in Boschveld voor één euro een dichtbundel van de veel te vroeg overleden Adriaan Jaeggi gekocht:

'Sorry dat ik het paard en de hond heb doodgeschoten'

Ik moest wachten op twee zakken post die bij Willems Schoenen af geleverd zouden worden, toen mijn oog op deze geweldige titel viel. Wat maakt deze titel nou zo goed, vroeg ik me af, terwijl ik op een betonnen blok ging zitten om het bundeltje door te bladeren. De lulligheid, dacht ik, voor een groot deel. Iemand die zich excuseert dat hij de hond en het paard heeft doodgeschoten, alsof hij het per ongeluk heeft gedaan. Maar wie schiet er in vredesnaam per ongeluk een hond dood? En om het allemaal nog erger te maken, heeft hij ook nog het paard neergeknald. Dat je in een dronken bui per ongeluk één beest voor zijn kanis schiet, dat is misschien nog enigszins in te denken, maar twee beesten, een hond én een paard, dat is natuurlijk volkomen belachelijk.

Overigens bleek de titel niet van Jaeggi zelf te zijn, las ik in de verantwoording, hij heeft de zin 'waarschijnlijk' ooit eens bij F. Scott Fitzgerald gelezen, maar hem nooit meer terug kunnen vinden. Raadselachtig allemaal.

Eén van de aardigste gedichten in de bundel vind ik de (enigszins plastische) tip die Jaeggi aan aspirerende dichters geeft in Ars Poetica:

De gans die de bron zocht van haar gouden ei
Overleed met een snavel vol stront.
Dus voor iedereen die ook wil leggen, hierbij
Een advies: trek je kop uit je kont


En dat is dan weer een vrije vertaling van een kwatrijn van een zekere X.J. Kennedy.

Zo leer je nog eens wat, als je op twee postzakken zit te wachten naast Willems schoenen.

woensdag 8 september 2010

Spits

Foto: Flickr, by Cindy47452
Ik wil geen oude koeien uit de sloot halen ofzo hoor, maar vijf goals in twee wedstrijden, dat is toch niet slecht... Misschien bij het volgende toernooi maar weer eens een echte spits in de spits?

maandag 6 september 2010

Schoenen

Foto: Flickr, by jacob earl
Bij Runner’s World in de Verwersstraat wordt joggen serieus genomen, begreep ik al snel. Waar ik nu dan op liep, vroeg de verkoper met een angstige blik, alsof hij het antwoord eigenlijk al kon raden.

‘Op oude tennisschoenen.’

Hij sloeg zijn ogen neer, voor de hoeveelste keer had hij dit nu al niet gehoord? Honderden keren waarschijnlijk, maar het wende nooit.

‘Doe je schoenen en je sokken maar even uit.’

Hij stelde de camera in en liet me twee keer door de winkel joggen. Mijn voeten werden gefilmd en de resultaten logen er niet om: mijn voeten stonden naar buiten gebogen op het moment dat ze neerkwamen. De verkoper zette het beeld maar eens stil: er was een hoek van zeker dertig graden tussen mijn enkel en de plek waar mijn voeten de grond raakten.

We keken er even naar, ‘dit is erg zwaar voor de enkel en de knie’, zei hij, toen er plotseling een man de winkel binnen kwam rennen.

‘Ik moet stevige schoenen hebben om te fietsen’, riep hij al toen hij nog half buiten stond, hij riep het nog drie keer terwijl hij door de winkel op ons af banjerde en toen hij eindelijk het videoscherm aan de achterkant van de winkel had bereikt zei hij het nog een vijfde keer, om zonder pauze direct te vervolgen met:

‘Je loopt als een invalide eend, jongeman.’

‘Zeventig procent van de mensen loopt op deze manier hoor, het is heel gewoon’, antwoordde de verkoper onmiddellijk, mij bemoedigend toeknikkend.

‘Zeventig procent zegt U? Nou ik niet hoor, haha, ik echt niet.’

‘Ik kom zo bij u’, antwoordde de verkoper, en hij legde me uit dat ik schoenen nodig had die corrigeerden voor de scheve stand, om mijn enkel en knieën wat te ondersteunen. Hij liet me acht keer met acht verschillende paren de Verwersstraat op en neer joggen, de eerste paar keer voelde ik me lichtelijk belachelijk, maar zo rond de vierde keer begon ik erin te komen en bij de achtste keer wist ik eindelijk wat mijn bestemming is in het leven: met nieuwe joggingschoenen langs het Noord-Brabants Museum rennen.

De man die nieuwe schoenen nodig had om te fietsen vertrok uiteindelijk met drie paar sokken en een joggingbroek en ik vertrok met de ultieme loopschoenen en mijn work-out voor vandaag al in mijn zak.

vrijdag 3 september 2010

Spellen


Lopend door de Schutskamp, ironisch genoeg wijk 23R, dit betekent dat alle postcodes van deze wijk met een R beginnen(5223RA, 5223RB, 5223RC), vroeg ik me af wat Ergenis zou kunnen zijn. Het klinkt een beetje als een verloren bijbelboek (Genesis, Exodus, Ergénis), maar het zou ook een mystieke vorm van zwarte magie kunnen zijn: 'wij laten de boze geesten verdwijnen, door de verwoestende kracht van Er Genis', waar de wijkbeheerder blijkbaar niet in gelooft.

Of zou hij gewoon niet kunnen spellen?

dinsdag 31 augustus 2010

Sigaar

Mocht het Belgische Lierse S.K. volgend jaar ineens Champions League spelen, dan zit er waarschijnlijk een luchtje aan: hun nieuwe aanwinst zou weleens zijn vader en zijn vrienden ingeschakeld kunnen hebben. Alleen jammer dat George Peppard inmiddels overleden is, ik had hem graag een grote sigaar op zien steken nadat Mr. T een hele verdediging omver heeft gekegeld: 'I love it when a plan comes together.'

zondag 22 augustus 2010

Fout

Foto: Flickr, by Chris Gin
Ze kenden elkaar van kantoor en dit was hun eerste Weekendje Weg. Ze waren in de veertig en onderweg naar Maastricht. Zij was zwaar opgemaakt en droeg grote oorbellen, hij was kalend en had een vlot jack aan. Zij was secretaresse, hij deed iets met administratie.

Altijd lastig: een eerste weekendje weg.

Je kent elkaar voornamelijk van het werk, en die dronken avonden in de stad. Maar nu zit je dan ineens broodnuchter anderhalf uur in een suffe trein naar elkaar te koekeloeren. De meeste collega's waren inmiddels wel afgewerkt, beiden zaten te peinzen. Het landschap schoot voorbij. Hij checkte maar weer eens zijn mail. Zij draaide aan rode krullen.

'Anja!' Hij keek op van zijn telefoontje.

'Ja, Anja.'

'Die weet echt hoe ze mensen voor zich moet laten lopen', posteerde zij.

'Ja', antwoordde hij, 'zij manipuleert.'

Stilte. Het peinzen werd hervat. Zijn vingers tikten op zijn mobiel, steeds sneller, toen stopten ze en keek hij op. Hij had een gedachte geformuleerd en was niet ontevreden met de intellectuele punten die hij ging scoren:

'Hitler'.

'Wat?'

'Hitler. Die kon ook goed manipuleren. Maar een klein mannetje, toch kreeg hij heel Duitsland achter zich aan. Ik vind dat knap.'

'Ja', ze proefde zijn woorden, niet helemaal zeker van haar zaak, Hitler, dat klonk als gevaarlijk terrein, maar hij was inmiddels niet meer te stoppen:

'Weet je wat zijn grote fout was?' Zijn gezicht glunderde, dit werd een voltreffer.

'Wat?'

'Rusland. Als hij gewoon van Rusland was afgebleven, spraken we hier nu Duits.'

Hij klapte zijn telefoon dicht als om deze zaak voor eens en voor altijd definitief te bezegelen:

'Rusland, dat was Hitler's grote fout.'

Ze keek hem even aan staarde daarna weer uit het raam: nog steeds weiland en nog steeds koeien. Het onderwerp Duitsland leek afgesloten, hij opende zijn mobiel weer en begon van voren af aan te tikken. Ze draaide haar hoofd van de koeien naar haar tevreden tikkende vriend en, anders dan de Russen, leek ze hem toch maar het voordeel van de twijfel te gunnen.

vrijdag 13 augustus 2010

Druk


Foto: Flickr, by cristilive
 In de nieuwe film van Christopher Nolan, de hedendaagse Golden Boy van de Amerikaanse cinema, is Leonardo di Caprio een behoorlijk druk baasje. Hij verdient zijn geld met het stelen van ideeën van mensen terwijl ze slapen, door in hun dromen rond te neuzen: extraction. Die droomwerelden van mensen zien er precies uit als de echte wereld, dus dat is lekker overzichtelijk. Geen vervloeiende beelden, mensen die in andere mensen veranderen, rare tijdsprongen of plotselinge veranderingen van omgeving, geen gevlieg en geen vertragingen: alles zoals het hoort.

Leo (Dom Cobb, een aparte naam voor Nederlandse kijkers) wordt benaderd door een verder niet echt uitgewerkte Japanse zakenman die iets nieuws wil doen: hij wil een idee in iemands hoofd planten, in plaats van het eruit te halen: Inception. Dit zou heel erg moeilijk moeten zijn omdat iemand die een idee heeft 'altijd weet waar dat idee vandaan komt.' Beetje vreemde uitleg, volgens mij heb ik zo vaak ideeën waarbij ik geen idee heb waar ze vandaan komen, maar misschien zijn die ook allemaal door Dom Cobb in mijn hoofd gezet, wie zal het zeggen.

Dom Cobb neemt deze moeilijke zaak trouwens aan omdat hij zijn kinderen wil zien: die zitten in Amerika en daar mag hij niet meer in, hij wordt verdacht van de moord op zijn vrouw. De vage zakenman kan dit probleem bij succesvolle inception wel oplossen. Die vrouw van Cobb is dus dood, maar we zien haar nog geregeld: als Dom door het onderbewuste van zijn targets wandelt wil zij nog wel eens tevoorschijn springen uit zijn eigen onderbewuste om hem van vanalles te beschuldigen, of hem te verleiden lekker met haar in de droomwereld te blijven en niet meer wakker te worden.

Het moge duidelijk zijn: Nolan heeft nogal wat te vertellen. Jammer is alleen dat hij nergens echt de tijd voor neemt. De film duurt lang, maar dat komt vooral doordat er eindeloos wordt geouwehoerd: zo ongeveer de helft van de film bestaat uit een soort cursus 'Inception voor beginners', personages die mekaar tot in den treure uitleggen hoe de techniek met de draadjes, het afdalen en het wakker worden precies werkt.

Als ik een kladblok mij me had gehad, was ik uit een soort reflex waarschijnlijk aantekeningen gaan maken: terug in de collegezaal.

Dit brengt me bij mijn tweede punt van kritiek. Naast het feit dat Nolan zoals gewoonlijk weer veel te veel in één film probeert te proppen, alleen al die relatie met die overleden vrouw en het reizen tussen droom en werkelijkheid had een hele film kunnen vullen, gaat hij ook weer als vanouds op de cerebrale toer. De film schreeuwt bijna tegen je dat er hier met wel heel interessante en ingewikkelde ideeën wordt gewerkt, maar vergeet een emotionele band met de kijker te kweken: het is al met al een behoorlijk klinische en koude bedoeling.

Dom verzamelt een team om zich heen om de moeilijke klus te klaren, een apotheker, een architect, een imitatie-specialist, dit deel van de film is een soort Ocean's Eleven voor droomdieven, maar het blijft lastig om echt enthousiast voor de missie te worden. Dit komt enerzijds door het grote doel: als het lukt om het idee in het hoofd van de target te planten dan gaat die het grote energiebedrijf van zijn vader in stukken opdelen, zodat het grote zakenbedrijf van de vage Japanner veel geld kan blijven verdienen.

Dit is niet echt een doel waar ik met passie achter kan gaan staan.

Anderzijds komt het doordat de personages allemaal nogal vaag blijven, we kennen eigenlijk alleen die Cobb een beetje en zelfs die niet echt goed.

En ten derde zijn er in de verschillende droomlagen wel allerlei beschietingen en achtervolgingen, maar dat is allemaal maar droom: op zijn ergst worden de personages weer wakker, of, leren we halverwege, ze komen in Limbo terecht, een soort eeuwige droomstaat, maar aan de andere kant heeft Cobb daar al eerder een jaartje of vijftig rondgehangen met zijn toen nog levende vrouw (de tijdsbeleving in de droomwerelden is anders dan in de werkelijkheid) en die is er toch weer redelijk normaal uitgekomen.

Tel daar nog bij op dat je eigenlijk geen moment weet of je nu naar werkelijkheid of naar één of ander droomniveau zit te kijken, tot het einde blijft Nolan je hier mee pesten, en de conclusie is: totale onthechting van deze film.

Inception levert eigenlijk gewoon weer de typische Nolan-ervaring: er gebeurt heel veel, er zitten veel (half uitgewerkte) ideeën in, maar het lukt hem niet een goed volgbaar coherent verhaal te vertellen en de personages enigszins invoelbaar te maken. Kijken naar een film van Nolan is als kijken naar de eerste versie van een script: de helft moet er nog uit, de andere helft moet nog wat meer diepgang krijgen en dan heb je echt wat.

maandag 9 augustus 2010

Cash

Ik had Nashville Skyline van Bob Dylan altijd op een gebrand cd'tje, maar sinds kort heb ik hem in een origineel hoesje. (Bij Freerecord Shop geven ze Nashville Skyline en John Wesley Harding weg voor tien euro, met zijn tweeën in een mooi pakketje).

En wat ziet mijn oog: het origineel van Nashville Skyline draagt een gedicht op zijn hoes van niemand minder dan Johnny Cash, The Man in Black. (Die twee zingen ook nog een liedje op Skyline, een lichtelijk schmierende versie van 'Girl from the North Country')

The Man in Black over his Bobness:

This man can rhyme
the tick of time
The edge of pain,
the what of sane
And comprehend the good in men, the bad in men,
Can feel the hate of flight, the love of right
And the creep of of blight
at the speed of light...

I'm proud to say that I know it,
Here-in is a hell of a poet.

Die laatste twee regels zijn een beetje Sinterklaas-rijmelarij, maar verder toch aardig om te lezen. Cash had in die tijd (eind jaren zestig) een eigen tv-programma waarin Dylan één van zijn eerste comebacks kon maken. Na een paar jaar in Woodstock gebivakkeerd te hebben laat hij de wereld via Cash kennis maken mijn zijn nieuwe persona: de hoog zingende country-zanger:

zaterdag 7 augustus 2010

Rotland

Foto: Flickr, by AlexBlack
Het regende, drie jongens stonden te schuilen onder een afdakje aan de rand van het bejaardentehuis. Ze stonden met hun rug naar de straat om het fietszadel van één van de jongens heen: er werd een joint gebouwd.

Waarschijnlijk waren ze net bij hun dealer geweest: een puistige jongen van een jaar of zestien die aan de overkant van de straat woont. Vaak komen er rond een uur of twee jongetjes bij hem aan de deur om hun wiet te halen. Als hij open doet, is het net een slechte scene van het jeugdtoneel. Ze fluisteren wat, en wisselen onder donkere blikken hun zaakjes uit. Alsof er elk moment met gierende banden een politieauto de hoek om kan vliegen en ze een zware glock in hun rugzakjes hebben zitten, in plaats van 'Getal en Ruimte' en 'Chemie voor Havo Drie'.

Ik gooide de post in de brievenbussen en ze hielden me een beetje in de gaten. Toen de deur van het bejaardenhuis openzoemde en een vrouw van een jaar of tachtig haar hoofd om de hoek stak, stopten ze abrupt met hun werk. Ze keken naar de vrouw: wat zou ze zeggen? Zou ze de politie gaan bellen?

Even was het een soort Mexican-standoff, het ontbrak alleen nog aan een bolletje stof dat door de stille straat waaide, de vrouw loerde naar de jongens, de jongens staarden terug, het leken bijna heuse gangsters, tot de vrouw zich naar me over boog en met een gezicht vol vertedering tegen me scheeuwde:

'Ze staan daar te blowen!'

'Ach ja', schreeuwde ze verder, 'als ze de boel maar niet in de fik steken he.'

Ze keek nog één keer liefdevol naar het groepje jongens en verdween weer naar binnen.

De jongens leken lichtelijk verbijsterd. Dit was niet wat ze verwacht hadden. Ze hervatten het bouwen van hun jointje, maar de grandeur was er duidelijk wel een beetje af. Geen geschreeuw, geen politie. Een liefdevolle blik van een oude Oma: wat een rotland.

dinsdag 3 augustus 2010

I-Pad

Idee'tje voor bij de tandarts: een I-Pad tegen het plafond plakken met nu.nl: de patient ligt niet meer een half uur naar een slecht gestuct plafonnetje te staren, maar heeft wat te lezen, blijft op de hoogte en wordt wat afgeleidt van de pijn.

maandag 26 juli 2010

Penalty

Iedereen heeft weleens die penalty van Olsen en Cruyff gezien, dat één-tweetje, maar deze penalty mag er ook zijn: op het jeugd EK onder de 19 dat nu bezig is doet de jonge Spanjaard Calvente net of hij keihard met rechts uit gaat halen, om de bal opeens sneaky met zijn linker standbeen in het doel te schuiven.

Knap gedaan, maar het opmerkelijkst is eigenlijk nog wel de reactie van de keeper: die stormt meteen woedend op de grensrechter af. Wat zou hij zeggen?

'Dat is niet eerlijk, ik dacht dat hij met zijn andere been zou schieten'??